Op grond van de Bijbel geloven we dat God alles geschapen heeft. In Gods schepping was de mens het hoogtepunt. Die mens is helemaal goed geschapen en beantwoordde volkomen aan Gods bedoeling: leven tot Zijn eer. De Bijbel leert ons ook hoe die eerste mens, Adam, tegen zijn Schepper in opstand is gekomen en daardoor in de zonde is gevallen. Wij mensen doen hetzelfde als Adam: zondigen tegen God. Dat er in deze wereld zoveel moeite en verdriet is ligt niet aan onze Schepper, maar is het gevolg van onze zonde. Onze zonde is, dat we God niet geven waar Hij recht op heeft. Dat we niet leven naar Zijn wil en Hem de eer niet geven zoals Hij die waard is. 

Op grond van de Bijbel geloven we dat God Zijn eigen Zoon, Jezus Christus, gegeven heeft om zondaren zalig te maken. Christus heeft daarom de menselijke natuur aangenomen. Zo heeft Hij geleden en is Hij gestorven om de straf van al Zijn kinderen te dragen. Hierdoor is hun schuld bij God betaald. Hij is opgestaan uit de dood en is nu aan de rechterhand van Zijn Vader in de hemel. Vandaar regeert Hij alle dingen en verzamelt Hij Zijn kerk uit alle volken door Zijn Woord (de Bijbel) en de Heilige Geest. 

Op grond van de Bijbel geloven we dat het nodig is, dat de Heere door Zijn Woord en de Heilige Geest in ons hart gaat werken. Daardoor leren we onze zonden en schuld bij God kennen. Daardoor krijgen we ook behoefte aan Christus, de Verlosser. De Heilige Geest werkt het geloof in het hart, waardoor Christus ons lief wordt en we met Hem verenigd worden. In en door Christus is God dan voor ons geen straffende Rechter meer, maar een vriendelijk Vader. 

Op grond van de Bijbel geloven we, dat Christus eenmaal zal terugkomen om alle mensen te oordelen. Degenen die Hem niet kennen en niet in Hem geloven zullen dan voor eeuwig verloren gaan. Maar zij, die als zondaren in zichzelf, in Christus leerden geloven zullen dan de eeuwige heerlijkheid ontvangen. Dit zal zijn op een nieuwe aarde en in een nieuwe hemel, waar geen zonde meer is. Daar zal God alles en in hen allen zijn. Zoals dat in de Bijbel geschreven staat:

“En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, den enigen waarachtigen God, en Jezus Christus, Dien Gij gezonden hebt.’’  (Johannes 17:3). 

Daarom worden de mensen in de kerkdienst opgeroepen tot bekering en het geloof in Christus. De Heilige Geest wil die prediking gebruiken om dat geloof in de harten te werken. 

Ook u bent welkom in de kerk om de boodschap van redding en verlossing te horen! 

Wat wij geloven wordt ook heel goed verwoord in de volgende belijdenisgeschriften, waarin de wereldwijde kerk in het verleden de Bijbelse boodschap kernachtig heeft samengevat: 

Belijdenisgeschriften vanuit de vroege kerk:

– de Apostolische geloofsbelijdenis (2e eeuw na Chr.)
– de geloofsbelijdenis van Nicea (325 na Chr.)
– de geloofsbelijdenis van Athanasius (333 na Chr.)

Belijdenisgeschriften van na de Reformatie:
– de Heidelbergse Catechismus (1563)
– de Nederlandse Geloofsbelijdenis (1561)
– de Dordtse Leerregels (1619)